SCHUTTER TIJDENS BRONKPROCESSIE 1713 BELEDIGD EN VERNEDERD (DEEL 1).

Over de schutterij St. Lambertus Oirsbeek is er uit het verre verleden erg weinig bekend.
De volgende gebeurtenis welke in 1713 plaats vond, wil ik u niet onthouden.

De schutterij was op deze zonnige kermiszondag 11 juni 1713 met de grote bronkprocessie door de parochie Oirsbeek getrokken. De processie begaf zich via de Gracht en Hagendoorn ook naar Doenrade, dat toen nog geen zelfstandige parochie was. Daar werd de zegen met het Allerheiligste gegeven in de kapel van kasteel Doenrade. Het kasteel was toen in het bezit van Willem Isacq, officier in Engelse dienst en drost der baronie van Herstal bij Luik (B).



Overzichtskaart kasteel Doenrade uit 1725
Rijksarchief Maastricht handschriften collectie 18.A-no 526
Foto gemaakt en bewerkt door J. Giezenaar

Wat was het geval?
De schutters kwamen te laat. "Zij hadden zich wat verachterd" zoals het in de taal van die tijd heette, omdat zij onderweg een koele dronk  hadden genoten. In plaats van te wachten tot de zegen was gegeven, gaf de kapitein van het korps, een zekere Matthijs Wolffs,  het bevel verder te  marcheren en de processie de processie te laten.
Daar ergerde zich de schutter Everard Preuts over.

Wie waren deze twee hoofdrolspelers?

  1. Mathias Wolffs, geboren te Vaesrade en gedoopt op 1 augustus 1662 te Hoensbroek. Hij was zoon van Godefridus Wolffs en Mechtildis van den Esschen. Mathias overleed op 20 mei 1722 te Oirsbeek in de leeftijd van 60 jaar en werd aldaar op het kerkhof begraven. Hij huwde op 2 november 1692 in de St. Lambertuskerk te Oirsbeek met Elisabeth Frommen (Vromen-Vroemen).

  2. Everard Preuts, geboren te Ophoven (Oppeven) omstreeks 1677. Hij overleed op 21 december 1744 in de Gracht en werd op het kerkhof te Oirsbeek begraven. Everard huwde op 27 mei 1700 met Mechtildis Hennen.

Everard Preuts beklaagde zich over dit onbehoorlijk optreden in vrij krasse woorden bij de luitenant van het schuttersgilde. Met name werd gesproken over de blijkbaar nog al onbeholpen manier van commanderen van kapitein Mathias Wolffs. De luitenant zou hebben gezegd: "wat zou de ezel commanderen".
Preuts moet daarop hebben geantwoord: "Is het dat de commandant maar een ezel is en het volk zou kunnen commanderen, dan was het beter dat hij een horen om de hals hing en de vercken uytluyde (uitlaten)".

(Wordt vervolgd. Wim Douven, 7 april 2008)